Patricia Ruizendaal

Het onderzoek van SOBI resulteert in misleiding van curator

Naar aanleiding van de brief van de heer Faassen van Wijn & Stael en zijn verdere onderzoek naar curator Logtenberg, stuurt de heer Lakeman een nieuwe brief aan Wijn en Stael. In de reactie van de heer Faassen kwam hij tot de conclusie dat de heer Faassen de heer Logtenberg verdedigde met de uitspraken van het hoger beroep.

Echter curator Logtenberg heeft het Hoger Beroep misleid op diverse punten, waardoor de plurariteit bleef bestaan.  Hieronder kunt u de eerste brief lezen van Lakeman’s zijn bevindingen aan curator Logtenberg lezen.

na onderzoek stuurt SOBI opnieuw brief naar Wijn & Stael

Wijn & Stael Advocaten NV
T.a.v. Mr. J.R. van Faassen

Betreft: curator Mr. A.R. Logtenberg

Naarden, 13 augustus 2024

Geachte heer Van Faassen,

In aansluiting op ons eerdere overleg heb ik met mijn email duidelijk willen maken aan welke verwijten de heer Logtenberg zich schuldig heeft gemaakt. In uw reactie valt het op dat u vrijwel uitsluitend passages aanhaalt uit de uitspraak van het hof.
In tegenstelling tot uw opmerking heeft het hof wel degelijk rekening gehouden met de informatie die Logtenberg tijdens het hoger beroep heeft bepleit. Het Hof is misleid door de onjuiste en onvolledige informatie die Logtenberg aan het Hof heeft verstrekt. Dat heeft u niet weerlegd.

In uw e-mail van 23 juli jl. bevestigt u kennis te hebben van de inhoud van het arrest van het hoger beroep over de faillietverklaring van mevrouw Ruizendaal. Het hof heeft in rechtsoverweging 3.6 geoordeeld over de ‘COMI’ van mevrouw Ruizendaal. Uit de afweging volgt dat het voor het hof niet zou uitmaken of mevrouw Ruizendaal in
Turkije of Nederland woonachtig is omdat zij diverse in Nederland ingeschreven vennootschappen, in Nederland onroerend goed, schulden en kredietovereenkomst met
hypotheekrecht heeft waarop het hof de ‘COMI’ van mevrouw Ruizendaal heeft bepaald. Logtenberg heeft hier zijn onderzoek plicht geschonden waardoor zijn misleidende informatie heeft geresulteerd in een verkeerde beoordeling van het hof.

curator misleidt
het hof

Tijdens het gesprek van mevrouw Ruizendaal op 7 juli 2023 met de heer Logtenberg heeft zij duidelijk gemaakt dat ze sinds 2017 geen bedrijfsmatige activiteiten in Nederland meer uitoefent en geen actieve vennootschappen heeft. Logtenberg had dit in zijn onderzoek plicht kunnen verifiëren bij de belastingdienst. Opmerkelijk is dat in de faillissementsverslagen van de heer Logtenberg gesproken wordt (kopregel) over een natuurlijk persoon met onderneming. Ook dit is een verwijtbare misvatting van Logtenberg. Mevrouw Ruizendaal had inderdaad een eigendom, een woning in Amersfoort die ze in 2018 wilde verkopen. Zij kon de woning echter niet verkopen doordat kort voor het passeren bij de notaris door de belastingdienst beslag op de woning is gelegd. Gezien deze beide feiten is het de vraag of het Hof de COMI nog op dezelfde manier zou beoordelen wanneer
Logtenberg het Hof juist zou hebben voorgelicht.
Bovendien heeft Logtenberg na het hoger beroep herhaaldelijk geëist dat mevrouw Ruizendaal in Nederland moest blijven omdat haar woonplaats hier was, terwijl hij op 10 juli 2023 nog aan haar bevestigde dat zij in Turkije woont met haar partner en twee kinderen.

Ik merk op dat de curator ESP als eerste hypotheekhouder schriftelijk heeft laten verklaren dat ESP haar vordering niet opeist. Het is ernstig verwijtbaar dat de curator in het verweerschrift stelt dat ESP de vordering wél opeist en daarmee tracht te bewijzen dat wél is voldaan aan het pluraliteitsvereiste.
Over de vordering van de Belastingdienst schrijft curator Logtenberg in het verweerschrift dat deze onherroepelijk vaststaat. In juli 2023 heeft de rechtbank Breda op zijn verzoek echter jegens hem bevestigd dat er een procedure van Ruizendaal tegen deze claim van de belastingdienst loopt. Daarmee staat de vordering van de Belastingdienst niet vast, laat staan dat deze onherroepelijk is. Terzijde: op 16 oktober 2024 is in die procedure een zitting gepland bij de rechtbank Breda. Ook de ondeugdelijke grondslag van de naheffingsaanslagen en dat deze in strijd zijn met het arrest van de Hoge Raad in 2005 (ECLI:NL:HR:2005:AU6018) is bij de heer Logtenberg bekend. Daarnaast merk ik op dat de heer Logtenberg ook op 10 juli 2023 aan mevrouw Ruizendaal schrijft dat er sprake is van een vordering op de Belastingdienst van maar liefst € 35 mio!

geen
plurariteitsvereiste

Ook wist de heer Logtenberg dat er voldoende financiële middelen op de derdenrekening bij Fort Advocaten aanwezig waren om alle schuldeisers, zelfs inclusief € 17.000 voor de curator zelf, te betalen. Mevrouw Ruizendaal was in het geheel niet opgehouden te betalen!
Er was geen sprake meer van pluraliteit. Er kon dus in beginsel geen faillissement worden uitgesproken. De heer Logtenberg die dit wist heeft in zijn adviserende rol aan het Hof kennelijk niet aangegeven dat het pluraliteitsvereiste voor mevrouw Ruizendaal niet van toepassing was. Zover ik kan nagaan staat in het arrest zelf het tegendeel. Kortom de heer Logtenberg nam het niet erg nauw met de waarheid om het maar simpel te zeggen. In rechtsoverweging 3.8 oordeelt het hof over de positie van de aanvrager van het faillissementsrekest de heer Van Reedt Dortland. Ook hij kon volledig schadeloos worden gesteld. De heer Dortland weigerde nota bene, en weigert nog steeds, zijn vordering in ontvangst te nemen!

Met vriendelijke groet,

P.T. Lakeman
Stichting SOBI

Wijn en Stael reageert niet!

Nu een maand later (september 2024) is er nog geen reactie gekomen op de brief van de heer Lakeman. Worden de beschuldigingen erkend of heeft Wijn en Stael andere redenen? Ik, Patricia, vindt onvoorstelbaar en triest voor woorden.